1 september 2011

Taalstudie




Door Pieter

We hebben vijf dagen per week les, elke ochtend van 9 tot 12 uur. In het begin hadden we nog samen les, 5 uur lang. Dat bleek niet zo ideaal en ook niet goed te combineren met de schooltijden van de kinderen. Vandaar dat we nu allebei tegelijkertijd privé-les hebben: de ene dag heeft Jacomien les van Ibu Sheila en Pieter van Ibu Lani en de volgende dag andersom.

De les begint eigenlijk altijd al voordat we goed en wel zitten, want voordat we onze tas hebben kunnen uitpakken komen de eerste vragen: ‘Hoe was het gisteren?’, ‘Ben je vanochtend al naar de markt geweest?’, ‘ Zijn de kinderen weer op school?’ enz. Op deze manier ontstaat er al snel een gesprek dat alle kanten op kan gaan, maar dat maakt niet uit, als we maar praten. Dat is best intensief, dus aan het eind van de ochtend hebben we het wel even gehad. Maar we merken vooruitgang en we hebben er vooral de eerste weken veel gemak van gehad dat we drie jaar terug al veel woorden hebben geleerd. In de les maken we ook gebruik van een methode waarin onder andere de grammatica wordt behandeld. Tot nu toe zijn we daarin eigenlijk nog niks nieuws tegengekomen en de eerste hoofdstukken waren wel erg simpel. Zo af en toe krijgen we een toets over een paar hoofdstukken uit het boek. Het slechtste resultaat tot nu toe is een 8,5 (dankzij onoplettendheid en een hele strenge juf), dat was een tegenvaller ; ).

Ondertussen kunnen we ons op straat goed redden in het Indonesisch, tenminste zolang we zelf aan het woord zijn. Wanneer iemand ongevraagd in hoog tempo een verhaal tegen je begint af te steken wordt het lastiger. Vooral wanneer zo iemand binnensmonds praat, een paar tanden mist of gewoon doorpraat terwijl al lang duidelijk is dat we de draad kwijt zijn. Gelukkig verloopt de meeste communicatie volgens vragen en antwoorden van één zin en dat maakt de zaak een stuk minder ingewikkeld. Het Indonesisch is geen ingewikkelde taal, maar met alle vervoegingen erop en eraan valt het toch niet altijd mee. Bovendien is het woordenboek erg dik .

Naast onze uren op school krijgen we huiswerk voor de volgende dag en dat is soms best veel. We zijn er vaak een aardig deel van de middag of avond zoet mee. En bovendien houden we onze eigen woordenlijsten bij, want er moet af en toe flink worden gestampt. Hoe eerder al die woorden erin zitten hoe beter! Tussendoor brengen en halen we de kinderen naar en van school, gaan we naar de markt en de winkel en genieten zo veel mogelijk van het leven hier.

Overigens komen we er nu achter dat een kind precies tegenovergesteld een vreemde taal leert. Julia en Ivana zitten in een fase waarin ze eerst Engels (voor het grootste deel) moeten leren verstaan, voordat ze het gaan spreken. Bij ons volwassenen blijkt dat zo’n beetje tegenovergesteld te werken.

1 opmerking:

pa v d w zei

Van dat zelf aan het woord zijn begrijp ik alles,sucses verder met de studie pa v/d w