Zaterdag 10 september is het
zover. Jesse gaat het Papua-draagnet in, wat gevierd wordt met een heuse
kookput in onze tuin! Dat wilden een aantal studenten/collega's van ons heel
graag. Zij hebben de hele happening georganiseerd. Het is hier traditie dat
baby's rond de tiende dag voor het eerst het draagnet (de noken) in gaan, wat
dan gevierd wordt met een kooput. Een kraamfeest zeg maar.
Donderdag is het brandhout via de
rivier (op een vlot) al naar ons toegekomen. Vrijdag worden alle studenten
opgepord om naar onze tuin te komen. Ze moeten allemaal een aantal stenen langs
de kant van de weg pakken en meenemen naar onze tuin. Vele handen maken licht
werk. In een mum van tijd zijn de zoete aardappelen uit onze eigen moestuin
gehaald door de dames en wordt de brandstapel klaargemaakt door de heren. Zeil
erover voor de regen zodat deze morgenvroeg gelijk aangestoken kan worden.
De volgende morgen om 8 uur wordt
het vuur aangestoken en de put gegraven. Interessant om te zien dat de taken
echt verdeeld zijn tussen de mannen en de vrouwen. Ivana wilde helpen de put te
graven en Julia met de brandstapel, maar dat mocht allebei niet: mannenwerk. De
vrouwen maken de groente schoon. Heel lief dat we van een mentorstudent van
Pieter hout en groente uit haar kampung hebben gekregen. Dat is een hoop geld
waard! Om een uur of 10 zijn de stenen heet genoeg en is het eten klaar om in
de put te gaan. De put wordt eerst bekleed met hete stenen. Daarbovenop komt
gras, de zoete aardappelen, de 17 kippen en de groente, steeds met wat hete
stenen ertussen. Uiteindelijk is het één grote hoop die afgedekt wordt met
bananenbladeren en dicht wordt gebonden. Na anderhalf uur is het eten klaar. We
hebben de voorzitter van ons bestuur uitgenodigd die ook dominee is. Er moet
eigenlijk een dominee bij zijn, anders is het niet echt.
De happening gaat als volgt: De
vader moet eerst de naam bekend maken van de baby en de eventuele betekenis
erbij vermelden. Daarna leest de dominee iets voor uit de bijbel en spreekt een
zegen uit over de baby, waarna de kookput opengemaakt wordt. Pieter vertelt dat
Jesse vernoemd is naar onze beide vaders en dat Pieter (Jesse's eerste naam)
ook een familienaam is binnen onze beide families. En dat Jesse 'gift van God'
betekent en dat we dat ook zo ervaren, zeker na de miskraam. Na Pieter neemt
een collega/student het woord. Zij verklapt dat Jesse ook een naam hier heeft
gekregen: Pisugi, de naam van de streek hier. De dominee leest voor uit de
Bijbel over Mozes in het biezen mandje en samen bidden we.
Hierna gaat Jesse het net in. Al
eerder is binnen het net klaargemaakt. Een hoop meiden hebben netten meegenomen
en de beste worden uitgezocht voor hem. Wat dekentjes erin zodat hij lekker
ligt. Hij gaat eerst bij een student op haar hoofd met alle andere netten
eroverheen, maar helaas, Jesse vindt er niets aan! Jacomien moet hem er maar
snel weer uithalen vinden ze, maar die wil hem ook eerst even op haar hoofd
proberen tot groot plezier van iedereen. Jesse heeft er niet lang ingelegen, maar
dat drukt de pret niet. Feit is dat hij nu écht in Papua hoort, want hij heeft
in een net gelegen!
Tijd om de kookput open te maken.
De hoop gras en de bananenbladeren gaan eraf. Mensen worden in groepjes
verdeeld en krijgen wat bananenbladeren in hun midden en daarop wordt het eten
geserveerd waarna we hier met z'n allen samen van smullen. Na afloop is er een
hoop over, maar alles wordt in plastic zakjes gestopt zodat er 's avonds niet
meer gekookt hoeft te worden. De studenten helpen allemaal een handje mee met
opruimen wat hierdoor heel snel gaat. We kijken terug op een mooie en speciale
dag! En als we nu op de campus lopen met Jesse dan hoor je studenten roepen:
Pisugi, Pisugi... Ze zijn maar wat trots op hem. En wij hebben 14 netten
overgehouden aan de hele happening. We dachten dat we ze mochten lenen, maar
dat waren kado's. En dan te bedenken dat één handgemaakt net zo'n 25 euro waard
is!