27 april 2015

Ilu


Niet veel mensen zullen weten waar het ligt, maar het afgelopen Paasweekend waren we in Ilu. Een dorp zo'n half uur vliegen van Wamena. Er werden wat wenkbrauwen gefronst toen onze collega's hoorden dat we die kant op wilden, want het gebied rond Ilu is een toevluchtsoord voor vrijheidsstrijders en voortvluchtigen en de wegen rond Ilu zijn niet echt veilig. We waren dus benieuwd wat we zouden aantreffen. Het was nogal druk geweest in de dagen voor onze trip, dus echt tijd om ons te oriënteren was er dus ook niet. We hadden niet echt een idee van wat ons te wachten stond.

Op zaterdagochtend vliegen we samen met Pieter & Anja en kids van Wamena naar Ilu. Daar aangekomen blijkt het hele dorp te zijn uitgelopen om ons bij de airstrip op te wachten. Er wordt ons weinig tijd gelaten om onze verblijfplaats op te zoeken, want er wordt op ons gewacht: er moeten varkens worden gekeurd. Op het veld achter de kerk aangekomen blijken er zeven varkens en heel veel mensen op ons staan te wachten. Ze zijn duidelijk in de stemming voor een goed feest. Na een paar welkomstpraatjes moeten de varkens worden gepijld. Dat is altijd weer een spektakel met gillende en rondrennende varkens met een trosje mannen die aan een touw hangen dat vastzit aan een achterpoot van het dier. Ivana vindt het behoorlijk interessant - het gaat tenslotte toch om vlees -, maar niet iedereen deelt deze interesse. Nadat de rust is teruggekeerd, gaan we op zoek naar de plaats waar we zullen slapen.

In het guesthouse treffen we David Scovill, daarna omgedoopt tot uncle Dave. Uncle Dave is ergens in de tachtig en was begin jaren zestig de eerste missionaris die het evangelie in Ilu en omstreken bracht. Hij arriveerde in Papua nog voor de Indonesiërs, zonder enige kennis over de lokale Lani-taal. Binnen zes weken werd hem echter al gevraagd te preken. Hij vertelde een eenvoudig Bijbelverhaal, maar de mensen waren niet tevreden. Hij moest hetzelfde verhaal nog zeker vier keer herhalen en de laatste keer hadden de mensen het verhaal zin voor zin gememoriseerd. Het vertalen van de Bijbel in het Lani werd de hoofdtaak voor uncle Dave. Inmiddels is deze vertaling alweer jaren geleden voltooid, maar is nog steeds een van de weinige complete vertalingen van de Bijbel in een lokale Papuataal. Tot op de dag van vandaag komt uncle Dave terug naar Ilu om les te geven en te preken. Zijn vrouw is inmiddels niet meer in staat de reis te maken en blijft voortaan in Amerika. We vergeten het vaak vanwege de enorme problemen die Papua tegenwoordig teisteren, vanwege een samenleving die ten onder gaat aan HIV/Aids, geweld en geld, maar in de jaren zestig zijn hier wonderlijke dingen gebeurd.

- Samen eten met uncle Dave -

Een paar uur later is het vlees in de kookputten gaar en kan er gegeten worden. Ons valt de eer te beurt een deel van het vlees te mogen snijden. Da's wel zo makkelijk, want zo kunnen we voorkomen dat we zelf met hompen vet - volgens veel Papua's het lekkerste vlees - opgezadeld zitten. Tjonge, wat zit er een enorme haas aan dit beest. We kunnen er met z'n allen ruimschoots van eten.


Na de maaltijd worden de beide Pieters verzocht de mensen toe te spreken. De een heeft het over veiligheid en onderhoud van de vliegstrip, de ander over onderwijs. Dat blijkt heel wat los te maken. Er wordt gevraagd om een nevenvestiging van onze school in Ilu te openen. En om veel guru's te sturen, want 'we moeten Engels leren'. Voor de guru's kan worden gezorgd: 'Stuur jullie studenten maar, dan leiden wij ze op en kunnen ze hier gaan lesgeven'. Dat is niet helemaal het antwoord wat werd verwacht. Daarom een ander idee: 'We willen dat jullie om de week hier naartoe komen om hier zelf les te geven. Dus een week in Wamena, een week in Ilu'. We houden voet bij stuk. Dit is een typisch probleem in Papua sinds Jakarta enorme bedragen in Papua pompt. Mensen willen liever afhankelijk zijn van anderen dan dat ze zelf een oplossing voor hun problemen zoeken. We leggen daarom uit dat het veel beter is wanneer hun eigen jongeren een goede opleiding krijgen en zelf les gaan geven. Zij kunnen zich veel beter staande houden op een plek als deze. Het blijft een lastig verhaal. Dat hun eigen kinderen tot zoiets in staat zijn kunnen ze eigenlijk niet geloven. Zie hier het resultaat van een kapot onderwijssysteem waarin iedereen elkaar wijsmaakt dat Papua's dom en lui zijn.

Onze toespraak blijkt toch wel indruk te hebben gemaakt, want zowel de wakil bupati (loco burgemeester maar dan met bijna onbeperkte bevoegdheden) als de voorzitter van de classis waar de kerk in Ilu toe behoort, zijn enthousiast. Ook komen er de volgende dagen een aantal ouders langs. Ze willen hun kinderen bij ons inschrijven. Ik vraag of ze al kunnen lezen en schrijven. 'Best al wel een beetje', zegt er een. Ik krab achter m'n oren. Dat kan nog wat worden bij de selectie. Kinderen die in de kampung voortgezet onderwijs volgen komen meestal niet door de toelating, omdat hun niveau heel erg laag is. Wanneer we straks alle studenten uit Ilu moeten weigeren, hoef ik hier nooit meer over onderwijs te komen praten.

Op zondag is het Pasen en gaan we met z'n allen naar de kerk. Er zijn hier enorm veel kerken in de omgeving en allen behoren tot de GIDI, de evangelische kerk van Indonesië (maar alleen te vinden in Papua). Het interessante van deze kerk is dat ze niet is ontstaan uit een missie of een zendingskerk, maar door Papua's zelf is opgericht. Het is het grootste kerkverband in Papua en de leiders hebben veel invloed. Bijna alle politieke leiders in Papua zijn afkomstig uit deze kerk. De GIDI is een echte lokale kerk met heel weinig invloeden van buitenaf.

Vandaag is er een gezamenlijke dienst vanwege Pasen. De vrouwen zitten links, de mannen rechts. Op de grond. Dat is handig, want zodoende passen er altijd meer mensen bij. Dat is alleen een kwestie van schuiven. Dat gebeurt dan ook volop, want het is erg druk. Uiteindelijk zitten er ongeveer 800 mensen op de grond. Jammer genoeg voor uncle Dave doet de geluidsinstallatie het niet, dus we kunnen zijn stem nauwelijks horen. Niet dat dat veel zou hebben geholpen, want hij preekt in het Lani. De mensen die hem wel kunnen horen (ongeveer de voorste helft van de kerk) luistert echter bijzonder aandachtig. Dat is vaak wel anders in de kerken in Wamena, waar mensen vaak hun tijd uitzitten.

Het is erg leuk om tijdens deze dagen weer eens op te kunnen trekken met familie. We hebben daar erg van genoten. De kinderen van Pieter & Anja hadden we al bijna twee jaar niet meer gezien. We wonen dan wel op hetzelfde eiland, maar Nabire is niet echt naast de deur. We hopen dat we in de toekomst nog vaker een trip zoals deze kunnen maken, want het is heel goed om zo af en toe bij te kunnen praten en ervaringen te delen over het leven in Papua.

Wat ons vooral bijblijft is het echtheid van het geloof en de enorme gastvrijheid van de mensen. Wanneer we op dinsdagochtend vertrekken, blijkt dat we de restjes van de kookput meekrijgen: vier enorme varkenspoten. Omgerekend moet dit al snel om een bedrag van honderden euro's gaan. We stellen voor het vlees te verdelen met lokale mensen die ons hebben geholpen. Maar daar kan geen sprake van zijn. Ze hebben nog liever dat we het vlees uit het vliegtuig boven de bossen van Papua dumpen dan dat we het vlees niet meenemen. 'We willen leren geven', zeggen ze. Dat wij ook nog wel wat te leren hebben, is wel duidelijk, want het is helemaal niet zo makkelijk om zoiets groots te aanvaarden. Uiteindelijk neemt elk gezin twee poten voor z'n rekening.

- We vliegen weer terug met onze 'privé-piloot' -

Zo rijden we dinsdagochtend door Wamena weer naar onze campus. Met twee varkenspoten voorop de motor. Eentje voor onze collega's, eentje voor m'n mentorstudenten. Als je maar lang genoeg in Papua woont, leer je vanzelf de vreugde van samen delen.


Pieter

1 opmerking:

Janet zei

Wat mooi om dit samen te beleven... en wat bijzonder dat mensen die weinig hebben je leren weg te geven én te ontvangen! Mooi verhaal weer... Liefs, Janet